Alles is nu samen: de spiegel en het schilderij verbeelden
op hun eigen manier realiteit. Een plaat zit in zijn hoes.
De bank ligt langzaam af te koelen met nog een afdruk
in haar kussens van de poes. De encyclopedie staat in tien
delen één te zijn. Gedichtenbundels liggen gebundeld op de vloer.
Het geluid komt van ver, net als de regen. Ze moeten elkaar
onderweg tegen zijn gekomen en hebben gezegd: we gaan samen,
da's beter. Twee volle asbakken doen wie het hardst kan stinken.
Verminkte monsters liggen verkleed als hopen kleren.
Alles lijkt zich nu al tijdenlang proberen vast te houden aan deze
ceremonie van het blijven. Onopgemaakt bed. Twee roerloze lijven.
Stof dat als woestijn is komen opgezet. Een valse piano houdt
haar klanken krampachtig beet. Buiten een stel koeien in de wei.
Houten hek gaat hand in hand met zijn verweren. Alles is samen.
De dood mag dit begeren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten