maandag 23 augustus 2010

Het geheim in hun ogen

We zitten in een snelle trein en de herrie overstemt
mijn denken en ons spreken. Er komt verdomd
weinig uit mijn mond, zeg ik half verstomd
en ik denk terug aan 't meisje dat net met de trein is meegerend.

Ze had in haar retrojurk bescheiden borsten die licht
[schommelden
en ze plaatste haar hand op de ruit aan de andere kant
van waar hij zijn donker behaarde hand
tegen het raam drukte. Nu zie ik hem indommelen

en weet ik dat hij droomt van haar. Kijk, wijs ik, hij slaapt.
En jij legt mijn hoofd op je schoot en zegt slaap ook maar, je gaapt.
Maar ik droom van gedwongen worden afscheid
te nemen en ik schrik wakker. Vermijd

jouw blik en vraag je: mag het raam dicht.
Tegen de herrie. En de gordijnen. Tegen het licht.

Ik verlies het overzicht.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten